phone icon 088 - 708 3370 Login medewerkers

Ellebooginstabiliteit

Aandoening

Wat is ellebooginstabiliteit?

De elleboog bestaat uit drie botten die bij elkaar komen in twee gewrichten:

  • humerus (bovenarm)
  • ulna (ellepijp, onderarm)
  • radius (spaakbeen)

Deze gewrichten zorgen ervoor dat de elleboog kan bewegen. De pezen, banden en spieren in de elleboog zorgen ervoor dat de elleboog stabiel blijft. Wanneer de banden of pezen slap zijn en te veel ruimte bieden aan het gewricht dan wordt de elleboog instabiel. 


Wat zijn de oorzaken van ellebooginstabiliteit?
Ellebooginstabiliteit kan worden veroorzaakt door een ongeval, waarbij de elleboog (bijna) uit de kom is geweest. Hierdoor kunnen de banden (in) scheuren, waardoor deze slapper worden.

 

Klachten en symptomen

In welke levensfase komt het voor?
Ellebooginstabiliteit kan in alle leeftijdsgroepen voorkomen, maar vooral bij mensen tussen de 10 en de 50 jaar. 

Welke klachten en symptomen kan iemand hebben?
Een instabiele elleboog gaat vaak gepaard met pijn. Men ervaart vooral pijn in de elleboog bij het strekken van de arm. Daarnaast kan men een onzeker gevoel ervaren, men beschrijft niet zelden de angst dat de elleboog (opnieuw) uit de kom zal schieten. Daarnaast kan men het gevoel hebben dat de elleboog op slot zit.
 

Diagnose en onderzoek

Hoe en door wie wordt de diagnose gesteld?
De orthopedisch chirurg neemt een anamnese af en voert lichamelijk onderzoek uit. Bij een anamnese stelt de orthopedisch chirurg gerichte vragen over de klachten, daarnaast wordt de medische geschiedenis van de patiënt besproken.

Welke onderzoeken worden gedaan?
De anamnese in combinatie met het lichamelijke onderzoek is niet altijd voldoende om een goede diagnose te kunnen stellen. Röntgenfoto’s worden gemaakt om de stand van de botten en het gewricht te controleren. In sommige gevallen kan een MRI-scan gemaakt worden om de banden te kunnen controleren. Ook is het soms nodig om de stabiliteit van de elleboog in narcose te beoordelen, al dan niet in combinatie met een kijkoperatie.
 

Behandeling

Niet-operatieve (conservatieve) behandeling

Fysiotherapie
Het is belangrijk om de spieren rondom het ellebooggewricht goed te trainen met een goede fysiotherapeut. Spieren kunnen soms de abnormale beweeglijkheid van het instabiele ellebooggewricht opvangen. Het is daarom zinvol om een behandeling met fysiotherapie te starten en oefeningen te doen. Een brace kan de elleboogfunctie ook ondersteunen.


Operatieve behandeling

Wanneer de niet-operatieve behandeling onvoldoende effect heeft op uw klachten dan kan een operatie worden overwogen, een zogenaamd bandherstel.

Voor de operatie
Anesthesie
De te opereren elleboog wordt verdoofd met een regionaal pijnblok (een zenuwblokkade), al dan niet in combinatie met algehele narcose. Vlak voor de operatie krijgt u dit pijnblok toegediend door een prik in uw hals. Dit zorgt ervoor dat u tijdens de operatie, maar ook nog een aantal uren na de operatie minder tot geen pijn voelt. Deze pijnblokkade is meestal binnen 12 tot 24 uur uitgewerkt. 

Tijdens de operatie
Hierbij wordt het band van de elleboog vervangen. Vaak wordt daarvoor een pees gebruikt uit de onderarm. De operatie wordt uitgevoerd via een open procedure. Bij deze open procedure maakt de orthopedisch chirurg een kleine snee van ongeveer 5-6 cm. De operatie duurt ongeveer 90 minuten.

Hechtingen
De wond wordt altijd gehecht met niet-oplosbare hechtingen; deze mag u na 14 dagen laten verwijderen bij uw huisarts. 

Na de operatie
Opnameduur
Een bandherstel van de elleboog gebeurt meestal in dagbehandeling; u mag naar huis op de dag van de operatie.

Complicaties
Ondanks alle zorg die aan de operatie besteed wordt, kunnen er soms toch complicaties optreden. De meest voorkomende complicaties zijn:

  • een nabloeding in de elleboog;
  • een infectie van de wond. Antibiotica wordt voorgeschreven afhankelijk van de ernst van de infectie en in sommige gevallen wordt de wond gespoeld;
  • een prikkeling van een zenuw, de nervus ulnaris, de klachten hiervan passen bij een zogenaamde ulnarisbeklemming (zie voor meer informatie de pagina over Ulnaropathie). Dit gaat in bijna alle gevallen vanzelf over.


Contact opnemen
Neem contact op met uw orthopedisch chirurg indien:

  • een bloeding niet stopt nadat u er 10 minuten stevig tegenaan hebt gedrukt;
  • u heftige pijn ervaart die niet goed reageert op de pijnmedicatie;
  • een infectie van de wond zich uit in roodheid, zwelling, pijn en eventueel pus;
  • er sprake is van een abnormale zwelling of koorts;
  • het gevoel en de beweeglijkheid in uw vingers, arm en schouder 24 uur na de ingreep nog niet volledig terug is. De pijnblokkade die u krijgt werkt namelijk maximaal 24 uur, daarna moet alles weer normaal functioneren.


U kunt hiervoor tijdens kantooruren bellen met het secretariaat van OCON, telefoonnummer: 088 - 708 3370.
Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de verpleegafdeling van OCON, telefoonnummer: 088 - 708 5560.

Nabehandeling


Gips
Na een bandherstel krijgt u gips of een brace aangemeten voor enkele weken. De elleboog is dan vaak stijf.

Fysiotherapie
Nadat het gips of de brace verwijderd is wordt er gestart met oefeningen onder begeleiding van een fysiotherapeut. Deze oefeningen zijn ervoor om de beweeglijkheid van de elleboog terug te winnen.

Revalidatie
De eerste 4-6 weken mag u niet zwaar tillen met de geopereerde arm, verder moet u de arm op geleide van de pijnklachten zo normaal mogelijk bewegen. U moet er rekening mee houden dat u na de operatie geen auto kunt rijden en niet mag fietsen gedurende 4-6 weken. Dit kan weer als u weinig pijn hebt en een goede controle over de arm en schouder hebt, zodat dit verantwoord is. Voor het herstel van deze ingreep moet u rekenen op een periode van 4 tot 8 maanden. Het kan tot 8 weken duren voor u uw elleboog volledig kunt strekken.

Medicatie
Het is belangrijk om te weten dat een operatie aan de elleboog erg pijnlijk kan zijn. U krijgt daarom een recept voor goede pijnstillers mee. Ondanks deze pijnstillers kunt u de eerste weken na de operatie pijn voelen. Daarna wordt de pijn langzaam minder. 

Controle
6-8 weken na de operatie komt u voor een controle afspraak bij uw orthopedisch chirurg.